Investeringen in gezondheid en veiligheid op het werk blijven achter bij kleine bedrijven
Bescherming van het welzijn van werknemers (82%) en wet- en regelgeving (79%) zijn de belangrijkste drijvende krachten voor G&VW-management – althans volgens 1.700 brancheprofessionals die door DNV GL zijn ondervraagd. De lijst gaat voort met intern beleid, bedrijfscontinuïteit en merkreputatie, maar deze drijfveren scoren beduidend lager.
De belangrijkste risico’s worden toegeschreven aan machines en apparatuur (66%) en aan de werkomgeving (62%). Vergeleken met een enquête over hetzelfde onderwerp uit 2014 zijn de risico’s van machines en apparatuur toegenomen met 29 procentpunten en de risico’s van de werkomgeving met 32 procentpunten. Dit kan het gevolg zijn van specifiekere wetgeving met betrekking tot machines en werkomgevingen in de voorbije jaren.
De belangrijkste voordelen van de geïmplementeerde veiligheidsmaatregelen zijn natuurlijk dat bedrijven beter kunnen voldoen aan de wet- en regelgeving en dat het aantal letselongevallen daalt. 55% van de bedrijven geeft aan dat de baten van het implementeren van risicobeperkende maatregelen groter zijn dan de kosten. Bij bedrijven met een gecertificeerd managementsysteem voor gezond en veilig werken is dit 65% en bij bedrijven die zijn aangemerkt als leiders* zelfs 75%. Als we kijken naar hoe bedrijven dit vanuit een strategisch perspectief benaderen, zegt 50% van de respondenten dat gezondheid en veiligheid op het werk van groot belang is voor hun algemene bedrijfsstrategie.
Voor grote bedrijven is dit 62% en voor gecertificeerde bedrijven 63%. Bij kleine bedrijven (minder dan 50 werknemers) zien we een ander beeld. 41% geeft aan dat de baten de kosten overtreffen en 43% geeft aan dat gezondheid en veiligheid op het werk van groot belang is voor de bedrijfsstrategie. En terwijl 52% van de grote bedrijven in de komende jaren meer wil investeren, is slechts 33% van de kleine bedrijven dat ook van plan.
Dit wijst er in het algemeen op dat kleine ondernemingen wellicht onvoldoende aandacht besteden aan gezondheid en veiligheid op het werk. Dit zou een risico kunnen vormen, aangezien het midden- en kleinbedrijf (mkb) in de meeste regio’s de belangrijkste ondernemingsvorm is. In de OESO-landen behoort ongeveer 99% van alle bedrijven tot het mkb en zijn mkb-bedrijven goed voor 70% van alle banen.
“Uit verhalen van onze klanten kunnen we opmaken dat kleine en middelgrote bedrijven vooral opzien tegen de benodigde investeringen om de faciliteiten en machines te vernieuwen. Toch zijn er vaak aanzienlijke verbeteringen mogelijk door betere processen en een sterkere focus op veiligheid door gedragsverbetering. Het doorlopen van een certificeringsproces is voor mkb-bedrijven vaak de gemakkelijkste manier om de veiligheid op de werkplek zonder buitensporige kosten te verbeteren”, zegt Luca Crisciotti, CEO van DNV GL – Business Assurance.
Wilt u het gehele rapport bekijken (Engelstalig)?
Download het rapport hier.Infographic
Een korte visuele samenvatting van het rapport kunt u bekijken in de infographic.